Samenwerken met het bedrijfsleven (bedrijfsleven en mbo)
Heb je vragen over het praktijkgericht programma? Op deze pagina hebben we de veelgestelde vragen over samenwerken in de regio verzameld. Staat je vraag er niet bij? Vul dan het contactformulier in.
Een belangrijk onderdeel van het praktijkgerichte vak is dat de school samenwerkt met partners in de regio: het bedrijfsleven en het mbo. Minstens één van deze praktijkgerichte opdrachten komt van zulke externe opdrachtgevers. Dit is niet wettelijk verplicht, maar wordt wel sterk geadviseerd om leerlingen de beste leerervaring te bieden.
Scholen zullen u als bedrijf of instelling benaderen met de vraag of leerling een praktijkgerichte opdracht voor uw organisatie kunnen uitvoeren. Samen met de school kunt u een opdracht verzinnen die leerlingen kunnen uitvoeren. Wellicht heeft u een probleem waar leerlingen een oplossing voor kunnen verzinnen. Het is raadzaam om de examenprogramma’s er eens op na te slaan om te lezen wat verwacht wordt van de leerlingen. Goed om te realiseren is dat de praktijkgerichte opdracht geen stage is.
Voor meer informatie, lees de factsheet voor bedrijven en instellingen en lees over de ervaringen van bedrijven die in de pilot hebben meegedaan aan een praktijkgerichte opdracht.
Voor het vormgeven van een praktijkgericht vak is samenwerking met het mbo en het bedrijfsleven van groot belang. Vroeg beginnen met het leggen van contact of het intensiveren van eventuele al bestaande banden is daarbij verstandig. Te denken valt aan het opstarten van samenwerking op het gebied van:
- levensechte opdrachten (inzet van mbo/bedrijven als opdrachtgever en/of als beoordelaar);
- het bieden van (onderdelen van) het praktijkgerichte vak op de locatie van het mbo/bedrijf;
- het geven van (onderdelen van) het praktijkgerichte vak door mbo-docenten/-studenten;
Veel vmbo-scholen hebben een bedrijvennetwerk. Het is raadzaam om u als school daarbij aan te sluiten. Ook mbo’s kennen bedrijvennetwerken waarbij aansluiting gezocht kan worden. Daarnaast kan het zinvol zijn actief te worden in regionale kringen van de Kamer van Koophandel, VNO-NCW, MKB-Nederland en brancheorganisaties. Het is daarbij belangrijk om bedrijven met concrete vragen te benaderen.
Samenwerken in de regio kan ook inhouden dat vmbo-scholen samenwerken in het benaderen van bedrijven en het verwerven van opdrachten. Afstemming daarover is, zeker waar meerdere scholen in een regio zijn, aan te bevelen. In samenwerking met de bedrijven kunnen duurzame opdrachten bedacht worden die scholen en bedrijven meerdere leerjaren kunnen inzetten.
Het antwoord op deze vraag hangt af van de manier waarop de school het praktijkgerichte vak invult. Bedoeling is dat leerlingen onder andere door het praktijkgerichte vak ontdekken waar hun passie en talenten liggen. Dat zal niet voor alle leerlingen gelijk zijn, maar misschien kan elke afzonderlijke leerling door dezelfde opdracht die passie en dat talent wel ontdekken. Dat is aan de school. De verantwoordelijkheid voor de beoordeling van de opdracht ligt bij de school.
Samenwerken met bedrijven en instellingen is een groeiproces waarbij scholen klein kunnen beginnen en langzaam stappen zetten naar meer levensechte opdrachten. Uit de pilot zijn positieve geluiden naar voren gekomen over deze samenwerking. Bovendien is het praktijkgerichte vak niet het enige onderwijsproject waarbinnen scholen samenwerken met bedrijven en instellingen. Denk bijvoorbeeld aan Sterk Techniekonderwijs.
Dat kan zeker en de betrokkenheid verschilt per regio. Ook gemeenten kunnen een rol spelen in het stimuleren van de samenwerking tussen onderwijs en bedrijfsleven en instellingen. Gemeenten kunnen daarnaast zelf opdrachtgever zijn en levensechte opdrachten leveren aan scholen.